Goedemorgen!

Leestijd ongeveer 8 minuten.

D-Day

Verantwoording

Basis van dit artikel is de beschrijving die ik van school, het Redichem College in Oosterbeek, meekreeg in 1981 toen we met een reis van een week door Normandië een dag besteedden aan D-day. De auteur van het artikel is onbekend. Ik heb de tekst enigszins bewerkt en voorzien van hyperlinks.

Inleiding

De eerste plannen voor een geallieerde invasie op het vasteland van West-Europa dateren van het voorjaar van 1941 toen Hitler-Duitsland onoverwinnelijk leek. Voor beide oorlogvoerende partijen was het niet meer de vraag of er een invasie zou plaatsvinden, wel wanneer en waar? Daarom hebben misleiding en geheimhouding een grote rol gespeeld bij de voorbereiding van de Operatie Overlord.

In de nacht van vijf op zes juni 1944 naderde de grootste armada aller tijden de Franse kust. Parachutisten en luchtlandingstroepen waren kort na middernacht al op Franse bodem gedaald om steunpunten te veroveren, verbindingswegen te bezetten, Duitse troepenbewegingen te verhinderen en verwarring te zaaien bij de vijand.

Jarenlang en met de grootste zorgvuldigheid had men alles georganiseerd, op alles leek men voorbereid. En toch, als men alle gebeurtenissen op D-Day - de “langste dag” in de geschiedenis - stuk voor stuk de revue laat passeren kan men niet aan de indruk ontkomen dat het welslagen van deze operatie aan een zijden draad heeft gehangen.

De nadering over zee was vlot en zonder veel problemen verlopen en ongemerkt had de vloot van ruim 5.000 schepen de Franse kust kunnen naderen. De luchtbombardementen in de voorafgaande weken en maanden hadden grote schade aan toevoerwegen, vooral de spoorwegverbindingen, toegebracht. De lucht­landings­troepen hadden ondanks grote moeilijkheden hun doelen bereikt op het moment dat de eerste troepen aan land kwamen. En aan Duitse kant werd men volledig door de aanval verrast, sterker nog, het Duitse opperbevel geloofde enkele weken later nog dat het een afleidingsmanoeuvre betrof, vooral Adolf Hitler, de echte invasie verwachtte men aan Duitse kant bij de Scheldemonding, zodat pantserdivisies die voor de geallieerden fataal hadden kunnen worden op persoonlijk bevel van Hitler in eerste instantie niet in Normandië mochten worden gebruikt, al dachten andere Duitse bevelhebbers, zoals veldmaarschalk Rommel, daar anders over.

Ondanks al deze gunstige factoren werden de landingen op D-day zelf geen onverdeeld succes. Omaha Beach, één van de twee Amerikaanse landingsgebieden werd voor de geallieerden een slachting, op het andere - Utah Beach - ontkwamen de Amerikanen slechts aan hetzelfde lot doordat ze door een navigatiefout per ongeluk anderhalve kilometer van de geplande plaats aan land kwamen. In één van de Britse landings­gebieden - Gold - was slechts het feit dat men - anders dan de Amerikanen op Omaha - snel over enkele speciale tanks kon beschikken er de oorzaak van, dat de landing alsnog slaagde.

In geen van de vijf landingssectoren werden op die eerste dag de gestelde doelen bereikt, al waren 150.000 mannen aan land gezet. Dat de invasie op den duur toch als een klinkende geallieerde overwinning de geschiedenis in is gegaan is naast andere factoren, vooral danken geweest aan de heerschappij van de geallieerden in de lucht.

 

De belangrijkste acties op D-DAY

De invasie vanuit de lucht

De Britse luchtlandingen vonden plaats ten noordoosten van Caen. Hier moesten twee bruggen, over het Caenkanaal en de Orne, onbeschadigd in geallieerde handen vallen. Dit lukte en zo wordt het stadje Ranville het eerste bevrijde stadje in West-Europa op 6 juni om 2.30 uur. Eén van de veroverde bruggen heet sindsdien de Pegasusbrug, naar het embleem van de Britse paratroepen. Enkele andere bruggen in de buurt werden door de para’s opgeblazen en een zwaar verdedigde kolossale kustbatterij bij Merville werd ten koste van vele verliezen vernietigd. Zodoende werden de landingen vanuit zee doelmatig beschermd. De Amerikaanse luchtlandingen vonden plaats in het achterland van Utah Beach met als knooppunt St-Mère-Eglise. Deze acties verliepen moeizamer door zware bewolking en moerassen. Niettemin slaagden ook deze troepen erin ondanks zware verliezen het achterland voor de komende troepen veilig te stellen.

De nadering vanuit zee (operatie Neptunus)

Het zal duidelijk zijn dat een dergelijke armada een soort spitsuur in Het Kanaal teweegbracht. Het draaiboek voor deze operatie telde dan ook 700 pagina’s teneinde o.a. 1.200 grote en kleine oorlogsschepen, waaronder twee Nederlandse, en ruim 4.000 transport- en landingsschepen te laten varen. Ten oosten van het eiland Wight was het “verzamelplein” treffend Piccadilly Circus genoemd, met een diameter van 18 kilometer, van waaruit via acht routes naar de Franse kust moest worden gevaren. Drie van deze routes waren gereserveerd voor een wezenlijk en uniek onderdeel van de invasie: de aanleg van twee kunstmatige havens - Mulberries genoemd - waardoor het grote getijdeverschil en het gemis van een aanvoerhaven konden worden opgevangen. Op deze routes voeren sleepboten met drijvende caissons - toen een nieuwe uitvinding, later in Nederland uitgebreid toegepast - en er voeren ook oude schepen die bij de Franse kust zouden worden afgezonken om als kunstmatige golfbrekers bij de twee Mulberry-havens in St. Laurent (Omaha) en Arromanches (Gold) dienst te doen; zij werden Gooseberries genoemd. Voor deze vloot uit voeren nog eens een kleine 300 mijnenvegers.

Ondanks deze drukte en de heersende windkracht vijf met sterke deining verliep de overtocht bijna zonder ongelukken. Het grootste ongemak was de zeeziekte van de soldaten, dit zou de gevechtsacties nadelig beïnvloeden. Aan de andere kant veroorzaakte het slechte weer dat de verrassing voor de Duitsers compleet was en er weinig Duitse marine-activiteit in Het Kanaal was. De vloot bereikte rond 5.30 uur de Normandische kust, even nadat op diezelfde kust één van de zwaarste artillerie­bombardementen in de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog was begonnen.

De landingen van de Amerikanen

Deze troepen zaten ongeveer drie uren in de landingsboten, zeeziek en doornat en ze wisten, dat de overlevingskansen voor de eerste groepen die aan land zouden komen gering waren. De risico's bleken echter zeer ongelijk verdeeld. De deining en dus ook de zeeziekte waren onder de beschermde kust van Utah Beach veel minder. De soldaten die op Omaha Beach landden waren niet alleen doodziek, vele boten waren voor de kust reeds omgeslagen en wie aan land kon komen kwam in een verschrikkelijke hel van Duits vuur terecht.

In vergelijking hiermee was Utah een peulenschilletje. Het eerder­genoemde artilleriebombardement had op de Amerikaanse stranden veel korter geduurd dan op de Britse en op Omaha was de invloed gering geweest: de verdedigers zaten goed beschermd tussen de rotsen. Bij Utah is er een duinstrand met een moerassig achterland en derhalve was hier het effect van het bombardement groter. Verder werd hier een navigatiefout gemaakt, zodat de troepen anderhalve kilometer van het afgesproken terrein aan land kwamen, maar door een gelukkig toeval was juist deze sector zwak verdedigd, al moesten de Amerikanen enkele dagen na D-day ten koste van zware verliezen de zwaar verdedigde delen van Utah veroveren. Op D-day zelf echter kon Utah betrekkelijk gemakkelijk bestormd worden. De rotskust van Omaha echter en de sterke verdediging aldaar gaven de Amerikanen weinig kans. Het heeft er lange tijd naar uitgezien, dat dit bruggenhoofd zou moeten worden opgegeven, met als gevolg misschien een hele mislukte invasie. Dat dit niet is gebeurd komt enerzijds op rekening van enkele zeer moedige Amerikaanse officieren en soldaten, maar anderzijds op het reeds eerder­genoemde dralen van het Duitse opperbevel.

Een aparte vermelding verdient nog de Amerikaanse commandoactie bij Pointe-du-Hoc, juist tussen Omaha en Utah. Deze 30 meter hoge klip moest worden bestormd, omdat volgens de berichten bovenop de klip een zware Duitse kustbatterij stond die beide landingssectoren zou kunnen bestrijken. Toen de commando’s na zware gevechten bovenop de rotsen kwamen stonden er geen kanonnen: ze waren nog niet gemonteerd en lagen enkele kilometers verder nog op montage te wachten en konden aldaar rustig door een tweetal commando’s worden opgeblazen.

De landingen van de Britten, Canadezen en Vrije Fransen

Dit landingsgebied was verdeeld in drie sectoren Gold, Juno en Sword. Op Gold werden de Britten bijna precies eender ontvangen als de Amerikanen op Omaha. Ook hier was het bombardement vanuit zee zonder veel resultaat gebleven, al had het wel langer geduurd. Verder werden de Britten dichter bij de kust in de landingsboten overgezet en was de zeeziekte en het verlies aan materieel aanmerke1ijk geringer dan in de Amerikaanse sectoren. 

Maar het allerbelangrijkste voordeel was dat de Britten over een aantal gespecialiseerde tanks konden beschikken die de landingsgebieden van door de Duitsers aangebrachte obstakels konden zuiveren. Die tanks waren een uitvinding van de Britse generaal Hobart, die zijn uitvinding overigens ook aan de Amerikanen had aangeboden, maar die helaas het nut daarvan niet hadden ingezien. Vooral op Omaha was dit een fatale misrekening gebleken. Hier op Gold waren Hobart’s tanks van doorslaggevend belang en duurde de hachelijke positie van de bestormers korter dan op Omaha. 

Op Juno landden de Canadezen en dit werd het bloedigste strand van de Britse sector, wat vooral te wijten was aan de messcherpe klippen voor de kust die de landing zeer bemoeilijkten. Ook hier was de Duitse tegenstand erg groot, maar weer waren Hobart’s tanks doorslaggevend.

Op Sword landden de Vrije Fransen samen met de Britse commando’s van de legendarische Lord Lovat die zich onder de tonen van de doedelzak al vechtend een weg baanden naar de Pegasus Brug. De Duitse verdediging was relatief zwak, maar er landden in eerste instantie ook nogal wat onervaren Britse troepen, zodat de verliezen relatief hoog waren.

De Britse opmars kwam die dag op vijf kilometer afstand van Caen tot stilstand, wat niet volgens het plan was, zowel de steden Bayeux als Caen hadden ingenomen moeten worden. De door strijd en zeeziekte verzwakte troepen - sommigen waren meer dan een etmaal van rust verstoken geweest - hadden niettemin een bovenmenselijke prestatie geleverd. En wat ook erg belangrijk was: de eerste kunstmatige haven kon worden aangelegd, want Arromanches was veroverd, zodat de verdere aanvoer van troepen en materieel was veiliggesteld.

De gebeurtenissen van 6 juni tot en met 25 augustus

De meest kritieke fase voor de geallieerden kwam direct na D-day, omdat de Duitsers na hun aanvankelijke aarzeling probeerden zo snel mogelijk versterkingen naar Normandië te halen. Dit werd vanuit de lucht, maar ook door de Franse verzetsbeweging sterk vertraagd, wat gruwelijke Duitse wraakacties in Tulle en Oradour-sur-Glane tot gevolg had. Hoewel de geallieerde opmars de eerste weken sterk bij de plannen achterbleef en vele dorpen en steden in het Normandische achterland werden vernietigd, bleek toch de misleidingstactiek en als gevolg daarvan Hitler’s misrekening voor de geallieerden het succes te brengen.

Op 7 juni viel de stad Bayeux tamelijk onbeschadigd in geallieerde handen. Diezelfde avond brachten de Britten contact met de Amerikanen tot stand en werd het bruggenhoofd versterkt.  

Op 18 juni werd het schiereiland Cotentin afgegrendeld,

Op 19 juni vernietigde een zware storm, die enkele dagen duurde, de aanvoerhaven Mulberry A (Omaha) en beschadigde de andere, Mulberry B of Port Winston, bij Arromanches.

Cherbourg viel op 27 juni in Amerikaanse handen, zodat er een natuurlijke haven beschikbaar kwam. Van hieruit liep een zijlijn van de Pipe Line Under The Ocean naar Port-en-Bessin om de invasielegers van brandstof te voorzien.

Pas op 9 juli weten de geallieerden o.a. na hevige luchtbombardementen het grootste deel van Caen in handen te krijgen, waarbij de stad bijna geheel wordt verwoest.

Hetzelfde lot treft het strategisch belangrijke St-Lô, waarvan de bevolking sindsdien is gehalveerd, de stad wordt op 18 juli ingenomen.

In de periode van 25 juli tot en met 19 augustus worden de Duitsers worden langzaam maar zeker omsingeld, waarna de legendarische Amerikaanse generaal George Patton de ‘zak van Falaise’ sluit, geheel Normandië is nu bevrijd.

Op 24 augustus bevrijden de geallieerden Parijs en op 25 augustus tekenden de Duitse bevelhebbers de capitulatie van de hoofdstad van Frankrijk.

De trieste cijfers

Er landden die dag circa 75.000 Britse soldaten en 9.000 man luchtlandingstroepen, idem circa 57.000 Amerikaanse soldaten + 14.000 man luchtlandingstroepen. Amerikaanse verliezen circa 1.500 doden en ongeveer 5.000 gewonden en vermisten. Britse verliezen (inclusief Canadezen) circa 1.000 doden en ongeveer 2.600 gewonden en vermisten. De Duitse verliezen bedroegen circa 1.500 doden en circa 5.000 gewonden en vermisten. Ter vergelijking: in 1916 op de eerste dag van de slag aan de Somme sneuvelden alleen al 20.000 Britse soldaten. Ter vergelijking: percentage gesneuvelden op D-day bedroeg circa 2%, bij de Slag om Arnhem was dat ongeveer 12%.

Geschreven vanaf 2021-07-13, voor het laatst aangepast op 2021-09-01.
Zicht vanaf Pont du Hoc richting Utah Beach.
Zicht vanaf Pont du Hoc richting Utah Beach.
Normandy American Cemetry
Normandy American Cemetry
Toevallig vloog er een relatief oud toestel over het landingsgebied Omaha Beach tijdens ons bezoek op 9 juli 2021.